Terugname- en overnameovereenkomsten EU-lidstaten zijn vooral bilateraal

Sinds 2004 kunnen EU-lidstaten Europese Terugname- en overnameovereenkomsten (T&O's) afsluiten met landen van buiten de EU. Toch maken landen nog steeds gebruik van bilaterale T&O’s. In de periode 2014-2020 sloten 16 lidstaten een nieuwe bilaterale T&O. 

Opvallend is dat 9 lidstaten een T&O sloten met Kazachstan en 5 lidstaten met Kosovo. In een aantal lidstaten zijn nog oude bilaterale T&O’s van kracht voor landen waarmee inmiddels op Europees niveau een T&O (EU Readmission Agreement) is gesloten. Bilaterale T&O’s mogen niet in strijd zijn met een Europese T&O. Is dat wel het geval, dan hebben de Europese overeenkomsten voorrang.

Terugnameovereenkomsten gaan over het terugnemen van eigen staatsburgers door partnerlanden. Overnameovereenkomsten gaan over het overnemen van staatsburgers van andere landen door partnerlanden.

Koppeling terugkeer aan andere migratieterreinen

Een beperkt aantal lidstaten heeft de afspraken over de terugname en overname van migranten gekoppeld aan samenwerking op andere migratieterreinen. Het kan bijvoorbeeld gaan om samenwerking voor reguliere migratie (FR, DE, LU, ES) of het maken van afspraken over de procedure voor het verstrekken van (werk)visa (LU).

Nederland evalueerde als enige lidstaat T&O's

EU-lidstaten hadden geen evaluaties of rapporten beschikbaar uit de periode 2014-2020 over de uitvoering en effectiviteit van bilaterale T&O’s. Nederland vormde hierop een uitzondering met het beleidsadvies van de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) uit 2015 in opdracht van het ministerie van Justitie en Veiligheid, waarin ook de werking van T&O’s werd geëvalueerd. Wel verzamelen lidstaten systematisch data over het uitvoeren van T&O's. De manier waarop verschilt per lidstaat. Zo splitsen sommige landen verzamelde data uit naar terugname- en overnameovereenkomsten (CY, DE, EL, HR, HU, NL, PL, SE), terwijl andere landen data opsplitsen naar het partnerland dat migranten terug- of overneemt (BE, BG, CY, EE, ES, FR, HR, HU, IT, LU, NL, SK). Ook meldt een aantal lidstaten dat ze regelmatig samenkomen met partnerlanden om de werking van T&O’s te monitoren.

Acht lidstaten (BE, BG, CZ, DE, EE, LU, NL, SE) meldden dat door de bilaterale overeenkomsten meer migranten dan voorheen terugkeerden naar hun herkomstlanden. Andere effecten waren een snellere doorloop van terugkeertrajecten en meer communicatie met landen van herkomst.  

Obstakels bij uitvoering

Verschillende lidstaten meldden obstakels bij het uitvoeren van de bilaterale afspraken, onder meer voor het halen van procedurele deadlines (CZ, IT, LU). Volgens Nederland en Griekenland is het soms een uitdaging om migranten te laten overnemen die geen staatsburger zijn van het partnerland. Andere lidstaten meldden problemen met het (tijdig) verkrijgen van noodzakelijke documenten, de beperkte geldigheid van reisdocumenten en het identificeren van migranten die terug- of overgenomen zouden moeten worden (BG, IT, LU, SE). De Europese Commissie meldde soortgelijke ervaringen bij het uitvoeren van de terug- en overnameovereenkomsten op EU-niveau. 

Publicatie