Skills Mobility Partnerships als beleidsinstrument voor migratie geschoolde migranten in de EU

EU-lidstaten zien Skills Mobility Partnerships (SMPs) steeds meer als een beleidsinstrument voor het opvangen van arbeidstekorten met geschoolde migranten, al zijn SMPs momenteel nog geen breed verspreid beleidsinstrument binnen de EU. In 2021 hadden 8 lidstaten (AT, BE, BG, DE, ES, FR, IE, LU) een SMP, of een vergelijkbaar samenwerkingsverband, met landen van buiten de EU.

Nederland heeft zelf geen SMPs afgesloten. Wel heeft Nederland samenwerkingsverbanden met kenmerken van een SMP, zoals een bilateraal uitwisselingsprogramma met China met studiebeurzen voor Chinese studenten.  

Opzet SMPs

  • De meeste SMPs richten zich op jongerenuitwisselingen, mobiliteit van jonge gekwalificeerde professionals of afgestudeerden, en/of studenten in het hoger onderwijs die tussendoor ook teruggaan naar het land van herkomst (circulaire migratie).
  • Lidstaten voerden SMPs uit op basis van bilaterale en multilaterale overeenkomsten, of bestaande programma´s of proefprojecten.
  • Gezondheidszorg, informatie- en communicatietechnologie (ICT) en landbouw zijn specifieke sectoren waarvoor landen SMPs aflsuiten.
  • Sommige SMPs draaien om samenwerking met partnerlanden of regio´s die strategisch gezien belangrijk zijn voor de lidstaten, andere SMPs staan ook open voor andere partnerlanden.

Uitdagingen en kansen

Uitdagingen die lidstaten tegenkomen zijn onder andere de schaalbaarheid van SMPs, de relatief hoge kosten en de moeilijkheden om verschillende stakeholders (waaronder werkgevers) bij de SMPs te betrekken. Kijkende naar de kansen van SMPs, dan zien lidstaten onder andere meerwaarde in het bijdragen aan de mobiliteit van geschoolde migranten. SMPs leveren wat op voor zowel een migrant zelf, als voor de lidstaat en het herkomstland. Hiermee onderscheiden SMPs zich van andere benaderingen van arbeidsmigratie.

Lees het onderzoek